Dat blijkt uit de eerste Kwartaalrapportage kinderopvang 2020 van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW).
De kwartaalrapportage bevat het gemiddelde gebruik en de tarieven van kinderopvang, het aantal ingeschreven locaties en de ontwikkeling van de arbeidsparticipatie van vaders en moeders.
Groei van 29.000
Het aantal kinderen dat naar de opvang gaat met kinderopvangtoeslag is in het eerste kwartaal van 2020 verder gestegen naar gemiddeld 847.000 kinderen. Dat zijn 29.000 meer kinderen dan in datzelfde kwartaal in 2019.
Aantal kinderen per opvangsoort
In het eerste kwartaal van 2020 gingen er 409.000 kinderen naar de buitenschoolse opvang, 352.000 kinderen naar de dagopvang en 108.000 kinderen naar de gastouderopvang. De groei was met 22.000 kinderen het grootst bij de buitenschoolse opvang.
Krimp gastouderopvang
Het aantal kinderen dat in het eerste kwartaal van 2020 gebruik maakte van de gastouderopvang, nam af met 5.000 ten opzichte van datzelfde kwartaal in 2019. De dalende trend is voornamelijk te zien bij de gastouderopvang van 4- tot 12-jarigen. In 2016 gingen er nog 53.000 kinderen in deze leeftijdscategorie naar de gastouderopvang, in het eerste kwartaal van 2020 waren dat er 45.000. Het aantal 0- tot 3-jarigen dat naar de gastouderopvang gaat, schommelt al enkele jaren rond de 64.000.
Opvanguren
Het gemiddelde aantal uren dat kinderen naar de kinderopvang gaat neemt al jaren toe. De stijging is met 2,9 uur het grootst bij de dagopvang. Daar gingen kinderen gemiddeld 83,2 uur naar de opvang. Bij de buitenschoolse opvang nam het aantal uren bijna met een uur toe ten opzichte van 2019, naar 38,2 uur gemiddeld. In de gastouderopvang nam het gemiddeld aantal uren voor jonge kinderen (0 tot en met 3) toe met 0,5 uur, naar 67,4 uur. Voor oudere kinderen (4 tot en met 12) nam het aantal uren af met 0,3 uur, naar 36,2 uur in totaal.
Uurprijzen
De gemiddelde door ouders opgegeven tarieven zijn gestegen. De toename is het grootst bij de dagopvang. In de dagopvang ligt het gemiddelde uurtarief met € 8,19 per uur € 0,02 boven de maximum uurprijs. In 2019 lag het gemiddelde tarief 0,8 procent ónder de maximum uurprijs. De gemiddelde uurprijs van de buitenschoolse opvang oversteeg de maximum uurprijs met € 0,43 naar een gemiddelde van € 7,45 per uur.
Bij gastouderopvang liggen de uurtarieven met € 6,22 ongeveer € 0,05 onder de maximum uurprijs. De cijfers over de gemiddelde uurprijs zijn gebaseerd op de uurprijzen die ouders aan de Belastingdienst/Toeslagen doorgeven*.
Aantal locaties
In de dagopvang is het aantal locaties (9.020) stabiel. In de buitenschoolse opvang is het aantal iets gegroeid, met 30 locaties in het eerste kwartaal (van januari tot april 2020, naar 7.414 in totaal) en met ruim 200 locaties ten opzichte van hetzelfde kwartaal in 2019 (7.193). Het aantal gastouderopvanglocaties nam in drie maanden tijd af met 548, naar in totaal 24.689.
Coronacrisis
De gevolgen van de coronacrisis zijn in deze kwartaalcijfers waarschijnlijk nog niet merkbaar. De impact van de coronacrisis zal naar verwachting pas bij de tweede kwartaalrapportage van dit jaar terug te zien zijn in de cijfers. De staatssecretaris blijft de ontwikkelingen volgen.
*Er zijn enkele kanttekeningen te plaatsen bij de duiding. Niet alle ouders geven tijdig een wijziging van het uurtarief door en het tarief dat ouders doorgeven sluit soms niet volledig aan bij het tarief dat een kinderopvangorganisatie vraagt, bijvoorbeeld doordat ouders een tarief dat boven het maximum uurtarief ligt, niet altijd doorgeven aan de Belastingdienst/Toeslagen. Het is dus onduidelijk in hoeverre de uurprijzen dus volledig aansluiten bij de uurprijs die een kinderopvangorganisatie vraagt.
