Met grote interesse heb ik het artikel ‘Ik heb het gevoel dat ik klem zit’ in het maartnummer van het vakblad Kinderopvang gelezen. Drie verhalen van pm’ers die niet op hun voorkeursgroep zitten en de consequenties daarvan op hun werkbeleving.
In alle verhalen is er één gemeenschappelijke factor: reorganisaties en de krimp in het aantal kinderen. Daardoor werden mensen op een groep geplaatst die ze zelf niet zouden kiezen. Twee pm’ers uit het verhaal werden op bso geplaatst, terwijl ze altijd met kleine kinderen hebben gewerkt. En één pm’er werd in de babygroep geplaatst, terwijl ze altijd met peuters heeft gewerkt.
Het laatste verhaal, van een niet al te jonge pm’er, zou zo mijn verhaal kunnen zijn. Ik werd ook, na jaren op en peutergroep te hebben gewerkt, op een babygroep geplaatst. En, inderdaad, de babygroep betekent vooral verzorging: flesjes geven, fruithapjes maken, slaaptijden ‘bewaken’, verschonen, verschonen, verschonen. En tillen, bukken, dragen. Dat is mij op een gegeven moment te veel geworden, zeker nadat ik veel lichamelijke klachten heb gekregen. En bovendien: ik miste het contact met peuters heel erg. Want mijn hart ligt bij peuters. Maar ja, de tijden zijn al zo moeilijk en ik heb al twee reorganisaties ‘overleefd’. Er was gewoon op korte termijn nergens een geschikte plek voor mij.
‘Ik werd ook, na jaren op en peutergroep te hebben gewerkt, op een babygroep geplaatst.’
Het vraagt veel van je om te werken op een plek waar jij je niet thuis voelt, op een plek die je zelf niet zou kiezen. Het voelt alsof je puur de opdrachten afwerkt, met alle energie die je nog in jezelf kan vinden. En met lichamelijke klachten erbij is het werkplezier ver te zoeken.
Sinds een paar weken werk ik een vaste dag op een peutergroep en de resterende dagen flex ik binnen hetzelfde kinderdagverblijf. Mijn locatiemanager roostert mij zo vaak als het maar kan op een peutergroep, wat ik uiteraard erg waardeer.
En mijn werkplezier? Dat is overduidelijk toegenomen! Ik kan weer praten en spelen met de peutertjes, samen grapjes maken, geliefde boekjes voorlezen, activiteiten bedenken, observaties uitvoeren…
Ik ben blij met elke dag die ik in een peutergroep door kan brengen.