Het onderzoek werd uitgevoerd door de Universiteit Utrecht. De effecten werden gemeten van twee trainingen: ‘Oog voor interactie’ (OvI) en ‘Training taal en interactievaardigheden in de kinderopvang’ (TINK). Beide trainingen hebben als doel het versterken van interactievaardigheden, om zo de ontwikkeling van kinderen van 0 tot 12 jaar optimaal te ondersteunen.
Deelnemers
Het onderzoek werd uitgevoerd onder 113 deelnemers (65 pm’ers, 33 interne trainers uit de reguliere kinderopvang en 15 trainers uit de gastouderopvang) en er werd gebruik gemaakt van videofragmenten, afkomstig van 17 pm’ers.
Interactievaardigheden
De onderzoekers concludeerden dat het versterken van interactievaardigheden op korte termijn met deze training mogelijk is. Er wordt in de trainingen expliciete aandacht gegeven aan coachings- en trainingsvaardigheden, die voldoende aanknopingspunten bieden om de training succesvol te kunnen implementeren binnen de eigen organisatie.
Bewuster handelen
Alle 22 geïnterviewde OvI-pm’ers geven aan dat het effect van de training er wat hen betreft in zit dat zij bewuster zijn gaan handelen. Zij zijn zich (opnieuw) bewust geworden van het belang van de interactievaardigheden en letten tijdens hun dagelijkse werk bewuster op hun eigen interactievaardigheden. Voorbeelden die regelmatig genoemd worden zijn het benoemen van handelingen tijdens verschoonmoment, verwachtingen uitspreken, het benoemen van emoties en het stimuleren van de onderlinge sfeer.
Behoeften kinderen
Ook noemen 15 van de 22 pm’ers dat zij nu een sterkere ‘focus op de kinderen’ hebben. Zij geven aan dat ze meer dan vóór de training bezig zijn om manieren te vinden om tegemoet te komen aan de behoeften van kinderen, en echt sámen met de kinderen activiteiten te ondernemen. Voor 9 van hen had de training vooral een ‘opfriseffect’. Van de 22 geïnterviewde pm’ers die de OvI-training hebben gevolgd, hebben acht pm’ers behoefte aan herhaling.
Meer bewustzijn
Van de 43 geïnterviewde TINK-pm’ers beschrijven 38 het effect van de training als ‘vergroot bewustzijn’. Dat leidt onder meer tot meer rust op de groep. ‘Ik merk wel dat het wat rustiger is geworden, omdat we bewust zijn gaan denken over ons werken. Meer tijd nemen voor dingen, even op een andere manier uitleggen, proberen meer zelf te laten doen. Ik merk dat dat meer rust creëert’, beschrijft een pm’er.
Opfrissen kennis
Ook hier spreken 20 geïnterviewden eerder van het ‘opfrissen’ van kennis dan van het verwerven van nieuwe kennis. Acht TINK-pm’ers benoemen expliciet dat er sinds de training meer aandacht in hun werk is gekomen voor reflectie. Van de 43 geïnterviewde pm’ers geven er 16 aan behoefte te hebben aan herhaling.
