Jonge kinderen doen eigenlijk niets anders dan ‘wetenschap’ bedrijven. Ze onderzoeken, experimenteren en ontdekken continu. Wetenschap is misschien een groot woord, maar ‘weetjesschap’ mag je het wel noemen. Organiseer eens een themaweek ‘Wij worden weetjesschappers!’ en maak kleine wetenschappers van de kinderen! Je begint met het creëren van een reuzenlaboratorium.
• Maak grote meetlatten en witte borden met daarop de zwarte cijfers 0 tot en met 10 en de letters A tot en met Z en hang die aan de muur. De kinderen kunnen door te wijzen hun naam leren spellen en hun leeftijd leren onthouden.
• Creëer een onderzoekstafel met potjes met allerlei materialen. Denk aan zand, aarde, houtsnippers, zout, stro, steen, schelpen. Ga met de kinderen om de tafel zitten en laat ze de materialen voelen. Wat is het en wat kun je daar allemaal van maken?
• Plaats allerlei meet- en weeghulpmiddelen in de ruimte die tijdens spelletjes en oefeningen kunnen worden gebruikt. Denk aan een duimstok, een centimeter, een loep, een verrekijker, een weegschaal en een microscoop. Alles mogen de kinderen meten en
wegen. Hoe zwaar is de pop? En hoe lang is je arm?