Toezicht kinderopvang

Wet- en regelgeving
ANP / Hollandse Hoogte / ROBIN UTRECHT

OMT: ‘Ongevaccineerde broer of zus van kind met mazelen mag niet naar de kinderopvang’

Het Outbreak Management Team (OMT) adviseert kinderdagverblijven om broertjes en zusjes van kinderen met mazelen te weren tot de zieke niet meer besmettelijk is. Daarbij moet gedacht worden aan een periode van twee weken. Daarnaast roept het OMT op om binnen kinderdagverblijven verschillende groepen uit elkaar te houden als er sprake is van een mazelenbesmetting. 
Pedagogiek

Nieuw in de kinderopvangpedagogiek: Mind-mindedness

Mind-mindedness: het is een vrij nieuwe term in de kinderopvang. Kort gezegd is leren kijken naar de emoties en gedachten die je denkt te zien bij een kind en daar woorden aan geven. Uit onderzoek blijkt dat kinderen die je zo benadert socialer worden: ze kunnen zich beter inleven in anderen. Hoogleraar Ruben Fukkink vertelt wat we met deze wetenschap kunnen in de Nederlandse kinderopvang.
Gezondheid
baby kinderopvang

6 tips voor een rechte rug bij baby’s

Een rechte rug is belangrijk voor een mens en dat begint al heel jong. In de baarmoeder ligt het ongeboren kind nog opgevouwen, maar tijdens de eerste maanden moeten baby's goed hun ruggetje kunnen strekken. Hoe doe je dat in de kinderopvang?

‘De kinderopvang is ook een veilige haven voor kinderen die zijn misbruikt’

Een kindje schrikt heel snel zonder reden, of reageert extreem als je de luier verwisselt. Als pm’er ben je al geïnformeerd over het trauma dat dit kind heeft opgelopen door seksueel misbruik. Hoe kun je de hulp en de zorg rondom het kind en met de ouders opbouwen?
leerplicht omlaag ontwikkeling kinderen

Leerplicht omlaag? ‘Stop met gesleutel aan ontwikkelingspad kind’

Kinderen vanaf 3 jaar verplicht naar (voor)school om kansenongelijkheid tegen te gaan. Daarvoor pleit de Rotterdamse wethouder Said Kasmi. Demissionair onderwijsminister Mariëlle Paul bekijkt of verlaging van de leerplicht mogelijk is én verplichte voorschool voor ‘kinderen met een achterstand’. Is dit een goed plan? Josette Hoex van het Nederlands Jeugdinstituut en PO-Raad-voorzitter Freddy Weima zijn kritisch.
Pedagogiek
Meisjes spelen op koningsdag in oranje kleding met een hoepel en blokken

Koningsdag-activiteiten voor jouw opvang

De Koning is bijna weer jarig. Hebben jullie nog inspiratie nodig voor een leuke activiteit? Wij doken in onze activiteitenarchief en vonden deze leuke voorbeelden!
School kapstok jassen

‘Willen we het verschil maken, dan zorgen we voor een gratis voorschoolse basisvoorziening voor alle kinderen’

De oplossing voor kleuters met een achterstand: leerplichtige leeftijd omlaag of voorschoolse educatie gratis maken?
pilot-vrouwen-van-expats-gaan-aan-het-werk-in-de-kinderopvang

Pilot: vrouwen van expats gaan aan het werk in de kinderopvang

Thuis zitten terwijl je partner aan het werk is? De vrouwen van expats in Eindhoven en Zuidoost-Brabant moeten er niet aan denken. Ze steken graag de handen uit de mouwen en volgen een opleiding tot groepshulp in de kinderopvang. Ondertussen werken ze minimaal acht uur per week in een kinderdagverblijf.
Zorgenkinderen

Goed voorbeeld: zo kun je omgaan met zorgenkinderen op de opvang

Het aantal zorgenkinderen op de kinderopvang neemt toe. Dit vraagt soms om ondersteuning van zorginstanties. Hoe kun je als kinderopvangorganisatie zo goed mogelijk samenwerken met deze instanties en wat kun je als kinderopvang zelf doen om kinderen zo effectief mogelijk te ondersteunen?
Ouders

(Iets) minder personeelstekorten in de kinderopvang, wachtlijsten krimpen

Op 4 april heeft minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Karin van Gennip een Kamerbrief gestuurd over de voortgang van de aanpak personeelstekort in de kinderopvang. De strekking: de personeelstekorten zijn stabiel, de wachtlijsten krimpen (iets). Toch ziet de toekomst er niet zorgeloos uit.

Over toezicht kinderopvang

Toezicht, inspectie en handhaving kinderopvang

Tegelijk met de invoering van de Wet Innovatie en Kwaliteit Kinderopvang (IKK) gaat er ook op het gebied van het toezicht op de kinderopvang veel veranderen. Toezichthouders bereiden zich hier nu op voor. Zo is het de bedoeling dat de afvinklijstjes en risico-inventarisatie verdwijnen en er meer ruimte komt voor de beoordeling van de pedagogische kwaliteit in de praktijk, vaak in samenspraak tussen de inspectie (GGD GHOR Nederland) en de kinderopvanghouder.

Lees meer

Houders van kindercentra moeten voldoen aan de eisen in de Wet kinderopvang. Gemeenten zijn hiervoor verantwoordelijk en hebben het toezicht uitbesteed aan de GGD. De GGD-inspecteur komt jaarlijks langs om te controleren of de houder voldoet aan alle eisen uit de wet.

Het bezoek van de GGD-inspecteur vindt vaak onaangekondigd plaats. De toezichthouder vormt zich een oordeel aan de hand van onder andere: observaties, de inrichting en het gebruik van alle ruimtes waar kinderen gebruik van maken, gesprekken met medewerkers, een gesprek met de houder, documentenonderzoek (de toezichthouder kan vragen documenten op te sturen of klaar te leggen) en schriftelijk of persoonlijk contact met de oudercommissie.Vervolgens stelt de toezichthouder vast of het kindercentrum of de peuterspeelzaal wel of niet voldoet aan de kwaliteitseisen. Hij adviseert de gemeente daarna over eventuele maatregelen.

Vorm en omvang onderzoek

De toezichthouder komt elk jaar langs voor een inspectie. Soms is het nodig om vaker langs te komen. De vorm en omvang van de inspectie verschilt per type voorziening en situatie. Toezichthouders inspecteren daarom minder intensief bij locaties waar geen zorgen over bestaan en intensiever bij locaties waar wél zorgen over zijn.

Nieuw kindercentrum

Als een houder een nieuw kindercentrum wilt starten, dan vraagt deze bij de gemeente opname in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen (LRKP) aan. De gemeente schakelt vervolgens de GGD in voor een onderzoek vóór registratie. De GGD en de gemeente zijn ‘Streng aan de Poort’: dit betekent dat de gemeente streng is bij het nemen van een besluit over een aanvraag en de toezichthouder kinderopvang van de GGD vraagt om het kindercentrum intensief te onderzoeken. Het nieuwe kindercentrum moet vanaf registratie volledig voldoen aan alle kwaliteitseisen.

Nader onderzoek

Als de toezichthouder tekortkomingen heeft vastgesteld, volgt een nader onderzoek. De toezichthouder richt zich dan op de onderdelen waaraan de kinderopvangvoorziening tijdens een vorig onderzoek niet voldeed. De toezichthouder onderzoekt of de tekortkoming is hersteld. Als dat het geval is krijgt de houder direct een definitief rapport.

Incidenteel onderzoek

Een incidenteel onderzoek vindt bijvoorbeeld plaats na een signaal of klacht van bijvoorbeeld ouders, gemeente of buurtbewoners. In overleg met de gemeente kan de GGD besluiten een extra onderzoek uit te voeren om vast te stellen of de kwaliteitseisen inderdaad onvoldoende worden nageleefd. Ook kan een incidenteel onderzoek plaats vinden omdat de houder bijvoorbeeld verzocht heeft om het aantal geregistreerde kindplaatsen te wijzigen.

Het rapport

De toezichthouder zet zijn bevindingen in een inspectierapport. Het rapport geeft de situatie weer van het moment van de inspectie. In het rapport geeft de toezichthouder een advies aan de gemeente. De houder ontvangt het rapport gemiddeld genomen binnen zes weken na de inspectie. Als er feitelijke onjuistheden in het rapport staan, dan stelt de toezichthouder die bij. De houder heeft de mogelijkheid om zelf een schriftelijke reactie op het rapport te geven (de zienswijze). Deze zienswijze wordt als bijlage van het rapport toegevoegd. Hierna stelt de toezichthouder het rapport binnen drie weken definitief vast. Na vaststelling ontvangen de houder en de gemeente het rapport.

Openbaar

De GGD-inspectierapporten zijn openbaar. De houder dient het rapport te bespreken met de oudercommissie en openbaar te maken, bijvoorbeeld via de website van de organisatie. Het rapport wordt ook openbaar gemaakt via www.landelijkregisterkinderopvang.nl. Zijn er overtredingen, dan kan de gemeente vervolgens handhavingsmaatregelen inzetten.

Handhaving

In uitzonderlijke gevallen grijpt de toezichthouder van de GGD in door de opvang direct stil te leggen. Dat gebeurt dan via een schriftelijk bevel. Dit kan alleen als de toezichthouder vindt dat de kwaliteit van de opvang bij een kinderopvangvoorziening zó tekortschiet dat onmiddellijke maatregelen nodig zijn.

Handhavingsmaatregelen

De gemeente besluit op basis van het rapport welke handhavingsmaatregelen zij inzet. De gemeente treedt op indien er niet wordt nageleefd. De Wko geeft de gemeente de mogelijkheid een aanwijzing te geven of een bestuurlijke boete op te leggen. Ook het opleggen van een last onder dwangsom (bestuursdwang) of het exploitatieverbod zijn handhavingsinstrumenten. De gemeente kan eveneens besluiten tot het verwijderen van de registratie van de inschrijving uit het LRKP.

Vastlegging handhavingsbeleid

Iedere gemeente stelt een handhavingsbeleid vast. In het handhavingsbeleid legt de gemeente vast hoe ze omgaat met overtredingen op de Wko en wanneer welke maatregelen genomen kunnen worden. Bij de gemeente is na te vragen hoe het gemeentelijke handhavingsbeleid eruit ziet. Veel gemeenten publiceren dit beleid op hun website. Indien een houder een handhavingsmaatregel opgelegd krijgt, kan deze hiertegen bezwaar maken. De wijze waarop dit moet gebeuren, staat beschreven in het besluit wanneer u een handhavingsmaatregel ontvangt.
(bron: Brochure Toezicht en handhaving kinderopvang – informatie voor ondernemers).

Nieuwe wet

Met ingang van de Wet IKK in 2018 verandert ook de inspectie. GGD GHOR Nederland werkt in totaal met vijf pilots toe naar het Nieuwe Toezicht in de kinderopvang. Naast ‘Samen observeren’ lopen bijvoorbeeld ook de pilots ‘Herstelaanbod’ en ‘Groene inspectiekwaliteit’.

Gastouderopvang

Voor gastouderbureaus en gastouders ziet het toezicht en de inspectie er anders uit. Meer informatie hierover leest u hier >>

Uitgelicht congres

Congres Samenwerken in het netwerk

Hotel van der Valk Veenendaal