Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties3

Serie IKK in de praktijk – Een onmogelijke puzzel

De wet IKK belooft op papier kwaliteitsverbetering, maar de praktijk is weerbarstig. Veel ondernemers, zeker de kleine, worstelen elke dag met de invoering van allerlei regels. In deze serie volgen we Ramona Overmars, eigenaresse van kinderopvangorganisatie High Five! in Almelo. Ze neemt ons mee in hoe IKK in de praktijk vorm krijgt met soms meevallers, maar soms ook grote tegenvallers. Deel 2: Een onmogelijke puzzel.
AdobeStock

Het lijkt tot nu toe of de bkr-maatregel nog niet leeft bij ouders, vindt Ramona Overmars. Ze heeft erover verteld in een nieuwsbrief, maar veel ouders kunnen nog niet inschatten wat de consequentie is. Maar als straks de groep voller wordt omdat er een pedagogisch medewerker bij moet of als de uurtarieven verhoogd worden, weet Ramona zeker dat ze ‘aan de bak mag’. Dat ze iets uit mag gaan leggen wat ze zelf maar moeilijk begrijpt: de noodzaak om meer pedagogisch medewerkers voor baby’s in te zetten. En de belofte dat er altijd minimaal één van de twee vaste gezichten aanwezig is tijdens opvangtijd.

Ramona en haar collega’s puzzelen er op los, maar zijn nog lang niet klaar. ‘Je kunt de bkr-maatregel niet zien zonder de vaste gezichtenregel. Een pm’er mag drie baby’s tot één jaar opvangen, maar ieder kind moet altijd één van de twee vaste gezichten om zich heen hebben. Pm’ers werken parttime, kinderen komen parttime. We hebben de werkdagen van onze werknemers al door elkaar gehusseld, maar zelfs dan is de conclusie: het kan gewoon niet.’

‘Waar zijn we mee bezig?’

Nu het zomer is, merkt Ramona bovendien hoe kwetsbaar de regel voor vaste gezichten is . ‘Nu er even minder kinderen komen, de groepen minder stabiel zijn en een paar van onze vaste krachten op vakantie, heb ik al voor de keuze gestaan: overtreed ik de Arbowet door een pm’er langer te laten staan of overtreed ik de vaste gezichten? Ik heb voor dat laatste gekozen en de pedagogisch medewerker naar huis gestuurd. Een werkdag van bijna 10 uur is mij echt een brug te ver.’ Ze merkt nu al hoe kwetsbaar ze is als straks één van de twee pm’ers die 4 dagen werkt, om wat voor reden dan ook, een keer uitvalt.

Ramona kan er met haar hoofd niet bij wie ooit heeft bedacht dat de kwaliteit voor baby’s omhoog gaat als er meer pedagogisch medewerkers op baby’s moeten worden ingezet. ‘Wie zegt dat het voor baby’s rustiger is als ik nog een derde beroepskracht inzet?’ Ze vindt dat de bkr-regel en het vaste gezichtencriterium elkaar tegenspreken. ‘We willen stabiliteit en veiligheid met vaste gezichten. Ondertussen ben ik genoodzaakt nog een derde gezicht op de groep te zetten omdat ik anders niet voldoe aan de ratio. De groep wordt voller en drukker. “Waar zijn we mee bezig?”, vraag ik me dan soms af.’ Ramona prijst zich gelukkig dat ze straks twee vestigingen heeft zodat ze eventueel nog  met kinderen en personeel kan schuiven.

‘Waarom lijkt het alsof iedereen het maar lijkt te accepteren en weer doorgaat?’

Het grootste leed zit hem wat Ramona betreft echter niet in het gepuzzel. Ze weet al dat de uurtarieven volgend jaar hoger gaan uitvallen, boven het maximum-uurtarief dat de overheid voor kinderopvangtoeslag hanteert. En ook dat er ouders zijn die dit niet kunnen betalen en dus af gaan haken. ‘Ik denk aan een jonge, alleenstaande moeder die haar leven weer op de rit heeft na de geboorte van haar dochtertje. Ze heeft net haar studie weer opgepakt. Het gaat goed met haar en met haar dochtertje bij ons op de groep. Maar een tariefverhoging kan zij niet aan. Was dit de bedoeling van IKK? En wanneer komt er nou eens een brede maatschappelijke discussie op gang over deze ongewenste effecten van IKK. Waarom lijkt het alsof iedereen het maar lijkt te accepteren en weer doorgaat?’

De gemotiveerde onderneemster zou ontzettend graag mensen van het ministerie van Sociale Zaken in Almelo uitnodigen zodat ze kunnen zien wat bijvoorbeeld zo’n bkr-maatregel in de praktijk betekent. ‘En ergens denk ik als rasoptimist ook nog wel dat de maatregel wordt aangepast. Maar misschien is dat wensdenken.’ Soms twijfelt ze waarde grens ligt van welke regel ze nog wíl invoeren. ‘Want als er iets is waarop is trots ben in mijn bedrijf, dan is het de diversiteit. Ik heb kinderen van twee- en eenverdieners, kinderen van diverse culturen en geloven, kinderen met en zonder achterstanden. Dat was mijn droom. Nu het lijkt of ik vanwege regelgeving die droom moet opgeven. Eigenlijk accepteer ik dat gewoon niet.’

De volgende keer vertelt Ramona in deze serie meer over de inzet van de pedagogisch coach op haar locaties.

De vorige keer stelde Ramona zich voor en vertelde ze meer over haar organisatie High Five! in Almelo. Maar ook dat ze vlak voor de opening van haar tweede locatie, en de veranderende wet- en regelgeving deze zomer besluit door te werken. Lees Deel 1

3 REACTIES

  1. Lees alle reacties
  2. Als startende houder (gestart in mei) van een kinderdagverblijf met 1 verticale groep ben ook ik druk aan het puzzelen met de BKR/nieuwe wetgeving. Omdat ik maar 1 groep heb, kan ik niet schuiven. Kleinschalig heb ik altijd gezien als een groot voordeel, maar nu wordt alles dichtgetimmerd. Ik vind het wel fijn om te horen dat ik niet de enige ben die hier tegenaan loopt. Maar de vraag is; wat kunnen we er aan doen? Kdv De Bosuiltjes

  3. Uit het artikel van Ramona: Ramona en haar collega’s puzzelen er op los, maar zijn nog lang niet klaar. ‘Je kunt de bkr-maatregel niet zien zonder de vaste gezichtenregel. Een pm’er mag drie baby’s tot één jaar opvangen, maar ieder kind moet altijd één van de twee vaste gezichten om zich heen hebben. Pm’ers werken parttime, kinderen komen parttime. We hebben de werkdagen van onze werknemers al door elkaar gehusseld, maar zelfs dan is de conclusie: het kan gewoon niet.’

    Inderdaad: het kan gewoon niet. Ook wij krijgen het niet 100% dichtgetimmerd. Even afgezien van argumenten als “duur”, “wie gaat dat betalen”, “de uurprijzen gaan (te fors) omhoog: het gaat gewoon niet: de 3-uursregeling, de max 2 gezichten bij baby’s, de BKR bij de 0-jarigen van 4 op 1 naar 3 op 1 en richtlijnen en wetten op gebieden als ARBO en Veiligheid passen gewoon niet naast elkaar.

    Brancheorganisaties, BOINK, Toezichthouders (Gemeenten en GGD’en) en collega opvangorganisaties: wat gaan we daaraan doen? Eén van de intenties van de (voorloper) van de wet IKK was toch “regeldruk” verminderen? Dus kom op allemaal: wat gaan we hieraan doen? En nu niet nog een organisatie oprichten, petities maken en aanbieden, niet het overleg met het Ministerie opschorten, maar concrete actie om een concreet doel te halen: hoe gaan we dit oplossen, en hoe doen we dit snel?

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.