Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Samen werken aan een kansrijke ontwikkelomgeving

Al dertig jaar heeft Raster in Deventer kinderopvang én welzijn onder één dak. De laatste jaren wordt er steeds intensiever samengewerkt tussen deze twee werksoorten. Van slim uitruilen, het project Talenthouse tot alle medewerkers uitnodigen om eigen samenwerkingsprojecten op te starten.

De Raster-groep heeft altijd twee entiteiten gehad: welzijnswerk en kinderopvang. Het peuterspeelzaalwerk is na de harmonisatie overgegaan naar de poot kinderopvang (Sam&ko). Marischka Thijssen is teammanager Welzijn. Ze vertelt dat na de harmonisatie veel meer is nagedacht over hoe beide werksoorten meer met elkaar verstrengeld zouden kunnen worden. Dit is uiteindelijk uitgemond in een visiedocument en een nieuwe aanpak in de vorm van een uitnodigingsdocument. Ze vertelt over de aard van de organisatie dat die vooral heel praktisch ingesteld is. ‘Raster is vooral van eerst doen – natuurlijk wel vanuit onze visie en achtergrond –, kijken wat we gemeen hebben en waar we elkaar kunnen versterken, en hoe we aansluiten bij vraagstukken in de samenleving. Dat betekent op een laagdrempelige manier experimenteren. En wat we aan praktijkervaringen opdoen, kunnen we – als het succesvol is – verder uitrollen en weer neerzetten als methode.’

Slim bij elkaar brengen

Welzijn en kinderopvang zijn verschillend gefinancierd. Je moet er daarom, volgens Thijssen, ook over nadenken hoe je slim dingen bij elkaar kunt brengen, zoals met uitruil. Ze geeft daar een voorbeeld van. ‘We hebben combinatiefunctionarissen. Normaal gesproken werken die alleen binnen onderwijs en sport, maar in Deventer is daar welzijn aan gekoppeld. Zo’n combiwerker zetten we breed in, is dan ook actief op de bso, en doet daar activiteiten met de kinderen. Vervolgens gaat de bso-medewerker ook mee de wijk in. We doen uitruil met elkaar: wat hebben we al en hoe kunnen we diensten slim combineren? De vraag van de wijk staat hierbij centraal, niet de dienst of voorziening. We willen een rijke educatieve omgeving creëren en vinden elkaar daarin met verschillende partijen. We kijken samen naar vraagstukken en overleggen, bijvoorbeeld als het om opvoedingsondersteuning gaat of om overlast, wie wat kan betekenen op welk moment van de dag.’ 

Talenthouse

Wat de partijen bindt, is de visie op een kansrijke ontwikkelomgeving. Marischka Thijssen: ‘Dan gaan we een aanpak opzetten om dat kansrijke klimaat te versterken. Denk aan de methode Talenthouse: wat vinden kinderen leuk om te doen, wat hebben ze voor competenties in huis en hoe kunnen we dat verder ontwikkelen? We nodigen ze uit om op ontdekking te gaan en positieve succeservaringen op te doen die hun zelfbeeld versterken. Het gaat erom dat we niet inzoomen op wat ze niet kunnen, maar juist op wat ze als basis in huis hebben en hoe we dat verder kunnen versterken. Dat doen we samen met onderwijs en andere partners. De methodiek van Talenthouse wordt al jaren gebruikt in welzijn en jongerenwerk. Veel kinderen en jongeren worden negatief aangesproken op hun gedrag, maar met Talenthouse kunnen ze de positieve kant van zichzelf belichten. Deze methodiek is nu ook omarmd door de bso. Wat je doet is kinderen en jongeren een podium bieden waar ze hun talenten kunnen laten zien en waar je ze uitnodigt nieuwsgierig te worden naar zichzelf. Het gaat niet om cognitieve prestaties, maar om het ontwikkelen van vaardigheden en competenties. Ze krijgen een podium waar ze applaus krijgen voor wat ze voor elkaar hebben gekregen. Het kan een kunstproject zijn dat wordt afgesloten met een tentoonstelling, of het kan gaan om koken en afsluit met een vorm van restaurant.’ 

Omgeving betrekken

Thijssen vertelt dat ze ook de omgeving er zoveel mogelijk bij betrekken als begeleiders. ‘Denk aan ouders met bepaalde talenten, maar ook aan professionals die hun talenten inbrengen. Het mes snijdt aan twee kanten. We maken dan een mix van kinderen van de bso en uit de wijk; dat geeft een mooie dynamiek. Voor de kinderen die niet op dat moment op de bso zitten, hanteren we strippenkaarten. Het is wel een hoop geregel, met de eisen vanuit de kinderopvang. Maar we hebben alles afgedekt, ook met de GGD. Je moet niet bang zijn om die ruimte te pakken; die is er echt wel.’ 

Vangnet sluiten

Evelien van Waas is pedagogisch beleidsmedewerker & coach bij Sam&ko, de kinderopvangtak binnen Raster. Zij geeft nog meer voorbeelden van de samenwerking tussen welzijn en kinderopvang. ‘Een aantal kinderwerkers is gespecialiseerd in groepsdynamica en die zetten we in bij verschillende bso-groepen. De bso-medewerkers worden daarop gecoacht zodat ze de dynamiek in de groep kunnen verbeteren. Zo kunnen ze elkaars kwaliteiten benutten. Een ander voorbeeld: bso-medewerkers hebben scholen ondersteund in de coronatijd. En dan gaan we niet werken als oppas, maar worden er leuke spelletjes en activiteiten in de wijk georganiseerd. We blijven dicht bij de opvoedkundige opdracht van Raster. We focusten ons vooral op de kinderen waar de school geen zicht meer op had en waar zorgen over waren. We hebben vanuit de bso de handen ineengeslagen met welzijnsmedewerkers die op straat actief zijn. Zo konden we juist het vangnet om die kinderen sluiten. Doordat die relaties er al liggen, kunnen we snel schakelen.’

Uitnodigingsdocument

De kers op de taart in de visievorming van Raster rondom de samenwerking welzijn-kinderopvang ligt in het uitnodigingsdocument. ‘Een document waarin we medewerkers en samenwerkingspartners in de wijk uitnodigen om samen één team te vormen. Met één opdracht: een context creëren waarbinnen de kinderen kunnen ontdekken wie ze zijn, en hoe ze willen en kunnen zijn. Zodat ze impact kunnen hebben op hun eigen leren, hun toekomst en die van anderen’, vertelt Marischka Thijssen.
Hiervoor is een uitnodigingsbudget beschikbaar gesteld. Met één A4’tje geven ze antwoord op drie vragen. Ze krijgen op korte termijn een reactie of dit plan kan worden uitgevoerd en bij groen licht krijgen ze budget. De medewerkers zijn allemaal op de hoogte gebracht en in september gaat dit van start.

Geen tijdelijke potjes

Raster heeft hier zelf de budgetten voor vrijgemaakt want werkt liever niet met tijdelijke subsidies. ‘We regelen het het liefst zelf en willen niet afhankelijk zijn van tijdelijke potjes’, zegt Thijssen. ‘Voorwaarde voor een aanvraag is dat deze aansluit bij onze visie in het uitnodigingsdocument en moet worden uitgevoerd door kinderopvang en welzijn, met daarnaast nog een of twee andere partners in de wijk. Het wordt dus heel praktisch vanuit de werkvloer van kinderopvang of welzijn opgezet; dan gaat het daar ook leven. Daar vindt ook de ontmoeting plaats en krijgt het voortgang. En wij gaan vervolgens kijken hoe we vervolgstappen kunnen zetten op de output. We willen dit niet te technisch doen, maar willen wel de effecten en energie in kaart brengen. Wat betekent het voor onze organisatie en onze partners? We beginnen dus niet vanuit de structuur, maar vanuit de inhoud en ideeën op de werkvloer. En daarna werk je toe naar een structuur. Dat is typisch Raster. Gewoon gaan doen – wel vanuit de visie en strategie – maar daarna pas, of parallel eraan, de structuur regelen.’

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.