De zaak begon toen Gastouderland een franchisekantoor wilde openen in Amsterdam. Stadsdeel-Oost wilde deze vergunning niet geven omdat de kassiersfunctie door het hoofdkantoor van Gastouderland wordt uitgevoerd en niet lokaal door de franchisenemer.

Uitbesteed

Volgens het stadsdeel is in het geval van de franchiselocatie geen sprake van een gastouderbureau volgens de wet Kinderopvang omdat het gastouderbureau de zorg voor het doorgeleiden van de betalingen van ouders aan gastouders volledig heeft uitbesteed aan het hoofdkantoor.

Verantwoordelijk

Gastouderland ging tegen dit advies in verweer en dit mondde uit in een rechtszaak. In juli 2012 gaf de rechtbank het Amsterdamse stadsdeel gelijk. Maar nu, in hoger beroep, heeft de Raad van State het gastouderbureau alsnog gelijk gegeven.  Volgens het orgaan draagt de franchiselocatie namelijk wel degelijk verantwoordelijkheid voor de betalingen en is dat voldoende om een volwaardig gastouderbureau te kunnen zijn.
Dat de kassiersfunctie mag worden uitbesteed, blijkt ook uit de Praktische Handleiding Gastouderopvang, die door het Implementatiebureau Kinderopvang is opgesteld.

Administratie

De enige eis die de Raad van State nog had, was dat het franchisekantoor van Gastouderland moest beschikken over alle administratieve gegevens. Ook dat was het geval. In hoger beroep werd de eerdere uitspraak van de rechtbank teniet gedaan. De uitspraak leidde tot vreugde bij Gastouderland. Het bureau hoopt dat andere franchisekantoren van gastouderbureaus kunnen profiteren van de uitspraak van de Raad van State: ‘De afgelopen twee jaar zijn er om deze reden landelijk meer vergunningen voor gastouderbureaus afgewezen. Maar gelukkig kan dit nu allemaal rechtgezet worden’ aldus het bureau in een persbericht.