Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Kwaliteit gastouderopvang: interactie met gastouders is goed

Over de pedagogische en educatieve kwaliteit van gastouderopvang is nog niet veel bekend. Maar deze week verscheen de Landelijke Kwaliteitsmonitor Kinderopvang 2017. Daarvoor zijn ook gastouders geobserveerd en geïnterviewd. Wat doen gastouders goed en wat kan er beter? Een overzicht.
Maatregelen voor de kwaliteit van de gastouderopvang
Foto: Fotolia

De emotionele proceskwaliteit is over het geheel genomen goed bij gastouders. Deze is voor zowel baby’s, peuters als schoolgaande kinderen ‘gemiddeld’. Wat opvalt is dat er voor peuters meer emotionele kwaliteit werd gemeten tijdens educatieve en creatieve activiteiten dan bij vrij spel. Bij baby’s en schoolgaande kinderen was dit verschil minder groot.

Educatieve kwaliteit

De educatieve proceskwaliteit is bij gastouders laag tot middelmatig. Geen enkele gastouder scoort hoog op dit onderdeel. De helft scoort een onvoldoende. Er werd natuurlijk gekeken naar de zes interactievaardigheden. Daarbij valt op dat het sensitief handelen, respect tonen voor de autonomie en grenzen stellen het beste scoren (voldoende tot goed). Ontwikkelingsstimulering en begeleiden van interacties scoort onvoldoende en praten en uitleggen zit daar tussenin. De verschillen tussen gastouders zijn groot. Bij het begeleiden van interacties scoort bijvoorbeeld ruim 56 procent van de gastouders een onvoldoende en ruim 15 procent voldoende/goed.

Proceskwaliteit

Er is ook gekeken naar de globale proceskwaliteit van gastouderopvang. Hieronder valt onder andere het activiteitenaanbod, ruimte en meubilering, taal en het dagprogramma. Gemiddeld gezien kan van 5 procent van de onderzochte gastouders worden gezegd dat zij een slechte proceskwaliteit hebben. Gemiddeld genomen scoren gastouders ‘matig’ op dit onderdeel, maar de verschillen zijn ook hier weer erg groot.

Interacties

De onderzoekers bekeken de kwaliteit ook vanuit de kinderen. Daarbij valt op dat de kwaliteit van interacties met gastouders gemiddeld hoger is dan de kwaliteit van de interacties met andere kinderen in het gezin. De kwaliteit van interacties met gastouders valt in de middenrange. Die met andere kinderen in de lage range. Kinderen worden gemiddeld betrokken bij spel en activiteiten, maar de mate van zelfstandigheid is laag. De zelfregulatie van kinderen scoort dan weer hoog en er zijn weinig conflicten tussen kinderen en de gastouder en kinderen onderling.

Welbevinden

Het gemiddelde welbevinden van kinderen in de gastouderopvang is hoog. Dit welbevinden is zichtbaar bij alle verschillende activiteiten. Ook belangrijk: alle leeftijdsgroepen ervaren welbevinden: baby’s, peuters en schoolgaande kinderen. De betrokkenheid van kinderen is hoger bij spel, binnen en buiten en educatieve activiteiten en lager bij eet- en drinkmomenten en bijvoorbeeld bij verschonen of transitiemomenten.

Representatief

Er zijn in totaal 57 gastoudergezinnen bezocht waar observaties zijn uitgevoerd met de verschillende instrumenten. De gastouders werden ook geïnterviewd. Dat aantal is echter niet genoeg om representatief te kunnen zijn, oordelen de onderzoekers. Om gastouders bereid te vinden mee te werken, werden gastouderbureaus ingeschakeld. Het ligt voor de hand, denken de onderzoekers, dat zij de best presterende gastouders naar voren hebben geschoven. De onderzoekers concluderen dat de bevindingen daarom niet zonder meer naar de hele sector gastouderopvang gegeneraliseerd kunnen worden.

Opleidingsniveau

De gemiddelde leeftijd van de onderzochte gastouders is bijna 46 jaar. Zij hebben een gemiddeld vooropleidingsniveau tussen MBO2 en HAVO/MBO3-4. Wat betreft de vooropleiding, zijn er zowel lager opgeleiden (VMBO of MBO2 niveau) als hoger opgeleiden (WO). Het merendeel van de gastoudergezinnen vangt kinderen van alle leeftijden op (67%), maar er zijn ook gastouders die alleen 0-4 jarigen opvangen (21%) of juist schoolgaande kinderen (12 %). Gastouders rapporteren een aandeel van kinderen met extra zorgbehoefte in hun groepen van gemiddeld 12 procent.

Professionalisering

Ruim 35 procent van de huidige steekproef werkt als gastouder op basis van een vast contract met een gastouderorganisatie, ruim 28 procent werkt als zelfstandige (zzp’er) en ruim 21 procent werkt in een franchise constructie. Het werk als gastouder wordt in het algemeen als positief ervaren, maar een aantal scores valt lager uit dan in de andere opvangsoorten. Hoog wordt gescoord op ‘zich gerespecteerd en gewaardeerd voelen, en het gevoel betrokken te zijn bij beleidsontwikkeling en besluitvorming. Maar vertrouwen in het eigen kunnen is lager dan in andere opvangsoorten. Er is enige aandacht voor professionalisering, maar de gemiddelde score ligt tussen de 1 (bijna nooit) en 2 (zelden). Het aanbod aan professionaliseringsactiviteiten voor gastouders is beperkt. Meestal wordt gekozen voor het volgen van cursussen. Pedagogisch-inhoudelijk overleg met collega-gastouders of met medewerkers van het gastouderbureau komt vrijwel nooit voor.

Stabiliteit

De gemiddelde score van 3.75 op een schaal van 1 tot 5 toont aan dat de gastouderopvang sterk stabiele groepen kent vergeleken met andere opvangsoorten. Wisselen van dagen en veranderingen in de groep komt weinig voor. De groep kinderen blijft meestal voor lange tijd bij elkaar bij dezelfde gastouder. Gastouders bieden een relatief flexibel programma aan met ruimte voor vrije activiteiten en rustmomenten. De rol die kinderen zelf spelen in de vormgeving van het pedagogisch beleid en activiteiten is niet hoog. Dat komt overeen met de andere voorschoolse opvangsoorten.

Knuffelen

De score op de schaal affectief-inclusief gedrag (knuffelen, persoonlijk troosten, een aai over de bol, stoeien en lief en zorgzaam zijn voor elkaar) is hoog. Spelbegeleiding en actieve bevordering van fantasiespel scoren wat lager dan in andere opvangsoorten. Het bevorderen van zelfregulatie scoort tamelijk hoog. Gastouders ervaren weinig opvoedstress en hebben weinig conflicten met de kinderen.


Het consortium LKK, bestaande uit de Universiteit Utrecht en Sardes, zal de komende jaren in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de kwaliteit in de kinderopvang monitoren. De LKK meet van 2017 t/m 2020 (en mogelijk t/m 2025) jaarlijks de kwaliteit in alle vormen van kinderopvang. Lees meer


Bekijk hier de Landelijke Kwaliteitsmonitor Kinderopvang 2017

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.