Vanaf 1 januari 2018 traden er belangrijke maatregelen uit de Wet IKK in werking. Zo werden er nieuwe eisen gesteld aan de formulering van de pedagogische doelen in het pedagogisch beleid, moest er een actueel veiligheid- en gezondheidsbeleid komen en werd het vaste gezichtencriterium ingevoerd. De drie-uursregeling kwam, net als een verruiming van de inzet van anders gekwalificeerden in de bso. In het kader van ‘kinderopvang is een vak’ moest er een scholingsplan voor pm’ers worden ontwikkeld.
Monitor
Bureau Bartels is door het ministerie van SZW gevraagd om de invoering van de wet IKK te monitoren. Eind 2018 hebben zij de eerste monitor uitgevoerd. De resultaten daarvan zijn nu bekend. De onderzoekers spraken met 100 houders van kinderopvanglocaties, verspreid over 15 gemeenten, drie typen kinderopvang en drie verschillende grootteklassen op houderniveau. Verder spraken ze 224 pedagogisch medewerkers en 62 vertegenwoordigers van oudercommissies. Er werd ook gesproken met 15 gemeenten en de bijbehorende GGD-regio’s.
Tijdrovend en administratief belastend
De uitkomsten over de implementatie van de IKK-maatregelen in 2018 zijn overwegend positief. Eind 2018, toen de gesprekken met houders plaatsvonden, waren op nagenoeg alle locaties alle maatregelen doorgevoerd. Acht op de tien houders geeft aan dat het traject (zeer) goed verlopen is. De houders die aangaven problemen te ondervinden, vonden het traject tijdrovend en administratief belastend. Veel houders geven aan dat zij in het begin zoekende waren naar het doel van de maatregelen en hoe zij deze moesten implementeren. In de loop van 2018 zijn die onduidelijkheden weggenomen, onder anderen ook door GGD-inspecties.
Actieve betrokkenheid
Pedagogisch medewerkers en oudercommissies zijn ook goed op de hoogte van de IKK-maatregelen. De werkgever/houder was voor hen de belangrijkste informatiebron. Ouders en pedagogisch medewerkers die actief bij de implementatie van IKK betrokken zijn, hebben dit zeer gewaardeerd.
Monitoring 2019 en 2020
In 2019 volgt een tweede meting waarbij Bureau Bartels kijkt naar de implementatie van de IKK-maatregelen van 2019. Dit zijn bijvoorbeeld de beroepskracht-kindratio en de inzet van de pedagogisch coach. In 2020 volgt een derde meting die opnieuw kijkt naar de implementatie van de doelen uit 2018 en 2019. Deze meting toetst ook de doelen van de Wet IKK. Oftewel of er verbetering is van de kwaliteit, of er meer ruimte is voor maatwerk en of er in de praktijk meer houvast is door de concrete uitwerking van de vier pedagogische doelen.
Download hier de Monitor Wet Innovatie Kwaliteit Kinderopvang (IKK) – meting 2018
Welke IKK-maatregelen werden er exact in 2018 ingevoerd? In dit artikel hebben wel alle doelen, onder verdeeld in de vier pijlers van de Wet IKK, op een rij gezet
