Artikel bewaren

Je hebt een account nodig om artikelen in je profiel op te slaan

Login of Maak een account aan
Reacties0

Hoe denken pm’ers over kwaliteit?

De kwaliteit van de pedagogisch medewerkers in de kinderopvang heeft de afgelopen jaren volop in de belangstelling gestaan. Daarbij kwam bezorgdheid naar voren over met name het niveau van de cognitieve stimulering. Hoe deze professionals zelf denken over hun werk en de kwaliteit daarvan is minder bekend. Reden voor Sardes om onderzoek te doen onder pm'ers van verschillende kinderopvangorganisaties.
Hoe denken pm’ers over kwaliteit?

Kwaliteit en werkplezier gaan hand in hand, dat is de belangrijkste conclusie die we mogen trekken uit de veertien uitgebreide interviews met pm’ers. Deze pm’ers halen hun voldoening in de eerste plaats uit het goed kunnen inspelen op de behoeften van de kinderen op de groep, in nauwe samenwerking met de naaste collega’s. Maar wat zijn nou de knelpunten waar ze in hun dagelijks werk tegenaan lopen? En waar zit vanuit hun perspectief ruimte voor kwaliteitsverbetering?

Wil je ouders op de hoogte brengen van wat pedagogisch medewerkers nou eigenlijk belangrijk vinden in hun werk? Download dan een korte tekst (of naar keuze een lange tekst) om met ouders te delen in uw eigen nieuwsbrief of informatiekrant. Naar de tekst >>

Randvoorwaarden

Om kwaliteit te kunnen bieden, moeten de randvoorwaarden in orde zijn. In de gesprekken met de pm’ers werden de volgende drie aspecten het meest genoemd: groepssamenstelling en -inrichting, teamsamenstelling en -aansturing, en salariëring.

Te veel kinderen op de groep, te weinig (gekwalificeerde) pm’ers op de groep, of een te klein lokaal maken dat pm’ers niet aan de behoeften van de kinderen tegemoet kunnen komen. Dit heeft een negatief effect op hun werkbeleving. Niet voor niets schetsen de pm’ers het ideale kinderdagverblijf als een ruime, uitdagende en tegelijkertijd huiselijke en rustgevende locatie, waar zij met kleine groepjes kinderen geconcentreerd kunnen werken aan hun algemene ontwikkeling. Een goede teamsamenstelling is daarbij van groot belang. Het gaat dan om de juiste mix qua leeftijd, ervaring en persoonlijkheden. Collega’s tussen wie het klikt en die elkaar inhoudelijk aanvullen, zijn beter in staat om in te spelen op de behoeften van de kinderen. Een leidinggevende die tegelijk ruimte geeft en knopen kan doorhakken is daarbij onmisbaar. Om medewerkers ook op de langere termijn vast te kunnen houden – en dat geldt zeker voor het hoger opgeleid personeel – zou het helpen om meer salarisgroei in te bouwen. Het werk aanpassen aan de fysieke mogelijkheden van oudere medewerkers helpt ook om hen voor het werk te behouden.

Bijna alle geïnterviewde pm’ers ervaren een spanningsveld tussen de hierboven geschetste randvoorwaarden en het crisismanagement in deze tijd van bezuinigingen. De impact van de economische crisis komt onder meer tot uiting in maatregelen als het niet verlengen van tijdelijke contracten, het schuiven met en samenvoegen van groepen en het veelvuldig werken met invalkrachten. Dit soort maatregelen lijkt moeilijk verenigbaar met het streven naar kwaliteit en werkplezier.

Scholing

De geïnterviewde pm’ers staan over het algemeen positief tegenover het verwerven van nieuwe kennis en vaardigheden. Dit gebeurt op verschillende manieren, via het volgen van cursussen en studiedagen, via door de organisatie verstrekte informatie zoals vakbladen, boeken en informatie per mail, en ten slotte via informatie die pm’ers zelf tegenkomen in de media. Maar dat pm’ers aangeven blij te zijn met een scholingsaanbod van de werkgever dat verder gaat dan de verplichte EHBO-cursus, wil nog niet zeggen dat zij hiervan ook daadwerkelijk gebruik maken. Zo vertellen verschillende pm’ers dat er op hun locatie wel vakbladen liggen, maar dat zij die vrijwel nooit bekijken. Wat betreft scholingsbijeenkomsten, geven verschillende pm’ers aan ’s avonds te moe of te druk te zijn om ook nog een studieavond bij te wonen.

Uit de gesprekken komt het beeld naar voren dat werken aan de eigen professionele ontwikkeling in deze sector nog geen vanzelfsprekendheid is. En ook bij functioneringsgesprekken komt het aspect van scholing lang niet altijd ter sprake. Een pm’er die zelf een aanvullende opleiding volgt op het gebied van het jonge kind zegt hierover: ‘Scholing mag ook wel eens verplicht worden; nu is het in de praktijk nog erg vrijblijvend. Ik vind dit iets om rekening mee te houden bij het aannemen van nieuwe mensen: een lerende houding is belangrijk, je moet je wel blijven oriënteren.’

Feedback

De pm’ers met wie we spraken, benoemen het geven van feedback op elkaars functioneren als zeer belangrijk voor de kwaliteit van hun werk en tegelijkertijd als heel lastig. ‘Het zou lekker zijn om met elkaar in discussie te gaan, maar ik heb het nog niet echt meegemaakt – mensen voelen zich dan aangevallen.’ In enkele werksituaties was de werkelijkheid zelfs in schril contrast met de gewenste situatie, en werd kritiek op elkaars functioneren vooral indirect geleverd in de vorm van roddelen en klagen.

Maar binnen organisaties waar het uitwisselen van feedback is ingebouwd in het normale werkritme, bijvoorbeeld in de vorm van terugkerende VIB-sessies of als vast onderdeel van het reguliere overleg, zien pm’ers dit als een goede mogelijkheid om collega’s aan te spreken op minder gewenst gedrag. En ook om het eigen functioneren te verbeteren. Ook werkt het motiverend voor pm’ers om op deze momenten te horen wat zij allemaal al wél goed doen. De mate waarin pm’ers buiten deze georganiseerde momenten feedback geven op elkaars functioneren is onder meer afhankelijk van de relatie tussen collega’s. Zo nemen meer ervaren of hoger opgeleide collega’s in sommige gevallen als vanzelfsprekend een adviserende en coachende rol op zich. Hiervoor is wel een constructieve en transparante werksfeer vereist.

Focus op kinderontwikkeling

Het belangrijkste doel van de geïnterviewde pm’ers is, dat zij de kinderen die zij opvangen een fijne dag willen bezorgen. Het is voor de pm’ers belangrijk dat kinderen zich geborgen en veilig weten en dat aan hun behoeften wordt voldaan.

In mindere mate verwoorden de pm’ers hun rol in het stimuleren van de ontwikkeling van de kinderen in de opvang. Deels lijkt deze rol voor henzelf zo vanzelfsprekend, dat deze onbenoemd blijft. Een andere teneur onder de pm’ers is, dat de ontwikkeling van de kinderen op hun groepen grotendeels ‘vanzelf’ gaat omdat bij deze kinderen relatief weinig ernstige ontwikkelingsproblemen of gedragsproblemen voorkomen.

Kortom, er lijkt nog ruimte voor kwaliteitswinst te liggen in het (meer) expliciet maken van wat pm’ers gedurende de dag doen: het begeleiden en stimuleren van de ontwikkeling van (gezonde) jonge kinderen. Het expliciteren van deze taak kan meer focus en uitdaging bieden aan de pm’ers zelf: kinderontwikkeling verloopt niet vanzelf – zij leveren daar een belangrijke bijdrage aan. Deze verduidelijking is ook belangrijk voor de erkenning van hun professionaliteit richting de buitenwereld en met name de ouders. Beide aspecten kunnen op hun beurt bijdragen aan het werkplezier van de pm’ers en de kwaliteit op de groep.

De focus op kinderontwikkeling

Er zijn vier stappen te onderscheiden bij het expliciteren van focus op kinderontwikkeling:
1. Pm’ers zijn zich bewust van het belang van hun rol bij de ontwikkelingsstimulering van de kinderen op de groep.
2. Zij hebben de tijd en de ruimte om hier ook daadwerkelijk mee bezig te zijn, bijvoorbeeld doordat zij met genoeg collega’s op de groep staan en eventueel bepaalde huishoudelijke of administratieve taken kunnen afstoten of overdragen.
3. Ze krijgen de benodigde kennis en tools aangereikt in de vorm van informatie, scholing en uitwisseling met collega’s.
4. Ze zijn in staat om de focus op ontwikkelingsstimulering te delen met onder meer de ouders. Dit aspect raakt aan de pedagogische visie van de organisatie en hoe deze naar buiten toe wordt verwoord.

Paulien Muller werkt als onderzoeker bij Sardes. Zij voerde een kwalitatieve studie uit naar de werkbeleving en kwaliteit in de kinderopvang 0 tot 4 jaar (Muller, 2012). Het gehele rapport is binnenkort te downloaden via de Sardes-website: www.sardes.nl.

Foto: ANP / Koen Suyk

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je ingelogd zijn. Heb je nog geen account, maak dan hieronder een account aan. Lees ook de spelregels.