Het is maandagochtend. We verzamelen met zijn allen op één groep. Langzaamaan stromen alle ouders en kinderen binnen, en rond 8.15 stel ik voor om naar onze eigen groep te gaan. “Gaan jullie mee?” Ik doe de deur van de groep open en de kinderen rennen naar binnen. Mats rent de groep op, blijft staan, kijkt naar de vloer en trekt vervolgens een vies gezicht. “Het stinkt in mijn neus” zegt hij. Om de manier waarop hij dit vertelt moet ik ontzettend lachen! “Oh, wat ruik je dan” vraag ik hem. Hij haalt zijn neus een paar keer op en zegt dan “De grond stinkt in mijn neus”. Ik vertel hem dat we een nieuwe vloer hebben gekregen en dat het nog een beetje nieuw ruikt. Hij knikt, lacht en gaat spelen…
‘Ik heb een oma-kip gezien’
Wanneer we later aan tafel zitten om te eten wordt er druk over het weekend gekletst. Job vertelt dat hij in de dierentuin is geweest. Ik vraag hem welke dieren hij allemaal gezien heeft. “Olifanten giraffen en apen met rode billen!!!” zegt hij met fijn geknepen oogjes en een glimlach van oor tot oor. Vooral de aap met de rode billen heeft veel indruk gemaakt. Job en Bo moeten er vervolgens heel hard om lachen!!
Bo luistert aandachtig naar de verhalen van Job en zegt dan tegen hem “Ik heb een oma kip gezien!” Mijn collega vraagt hem hoe hij kon zien dat het een oma kip was. Bo kijkt bedenkelijk en na een aantal seconden zegt hij “hij had haren, daar achter, op een andere plek” Heerlijke kinderlogica … en geweldig om naar al die gesprekken te luisteren!
‘We hebben bakken vol met speelgoed, maar vaak is er maar heel weinig nodig voor de kinderen’, lees de vorige blog van Romy hier