Een beetje theorie
Uit diverse pedagogische benaderingen komt naar voren dat kinderen waardevol spel laten zien wanneer een groepsruimte overzichtelijk, opgeruimd en afgestemd op de leeftijd is ingericht. De huishoek bevat mooie materialen zoals een keukentje, borden en bestek en misschien ook wel lege verpakkingen van voedingsmiddelen. Op die manier kunnen kinderen goed tot spelen komen in die hoek. In de pedagogische benadering van Reggio Emilia wordt gesproken van de ruimte als derde pedagoog. Dit houdt in dat de ruimte, wat daarin staat en hoe deze is ingericht ervoor zorgt dat kinderen weten wat ze willen spelen. Ze weten de weg, ze vinden elkaar en het spel ontstaat als vanzelf. Om die reden is het waardevol om in je groep eens kritisch te kijken naar de inrichting. Spelen kinderen met al het speelgoed? Spelen ze in alle hoeken en ziet het speelgoed er nog netjes en compleet uit. Spelen in een huishoek met 1 bord en 2 vorken zal niet erg lang duren en waardevol zijn voor het kind.

In mijn werk heb ik gemerkt dat je ook met creatieve materialen kan aanzetten tot maken. Met maken bedoel ik dat kinderen naar de tafel met materialen worden toe getrokken. Ze bestuderen de spullen en gaan als vanzelf aan de slag met het maken van een werkje. Als pedagogisch medewerker zie je dan dat kinderen enorm veel zelf kunnen, als je maar op een goede manier de spullen klaar zet. Doordat kinderen vrij aan de slag kunnen stimuleer je hun creativiteit en gaan ze iets maken dat bij de eigen interesse ligt. Belangrijk om aan te geven is dat je als pedagogisch medewerker wel beschikbaar bent voor de kinderen. Je bent zichtbaar geïnteresseerd, je bent in de buurt en reageert op wat ze zeggen. Ga niet meedoen want kinderen kopiëren dan vaak wat je aan het maken bent. Dit stimuleert de creativiteit helaas niet.

Wat leg je klaar?
Het is leuk om te starten met kleine en open eind materialen. Die stimuleren de creativiteit omdat ze door kinderen op allerlei manieren vervormd kunnen worden. Lees ook mijn blog over materialen eens >>

Bedenk daarnaast welk verbindingsmateriaal je klaar zet. Dit kan ook eens schilderstape zijn in plaats van lijm. Zorg voor voldoende, zodat kinderen niet op elkaar hoeven te wachten. Onnodig wachten remt het creatieve proces en zorgt ervoor dat kinderen de interesse verliezen. Wij vinden het ook vervelend om onnodig te wachten. Denk hierin bijvoorbeeld ook aan voldoende scharen.

Presenteer de materialen op een geordende manier. Dit ziet er mooi uit en zo kunnen kinderen goed zien wat er ligt. Doe het bijvoorbeeld in eierdozen of leg bergjes neer van ijslollystokjes, frisdrankdopjes, kartonnetjes, schelpen, natuurklei, koffieboontjes, spullen uit de natuur, lapjes stof etc. Je hoeft niet altijd verf neer te zetten want als je kiest voor mooie gekleurde stukjes wol en stof dan is er voldoende kleur aanwezig.

Als laatste is het belangrijk dat er voldoende werkplek is. Meestal leg ik op een tafel alle materialen neer en kunnen ze aan een andere tafel werken. Als kinderen wat nodig hebben kunnen ze het zelf pakken. Dit zorgt ervoor dat kinderen ook wat fysieke energie kwijt kunnen in het lopen en ze voldoende werkruimte hebben. Vaak vinden kinderen het erg fijn om op de grond te werken. Laat dit toe want het levert mooie werkprocessen op. Het is leuk om tijdens zo’n activiteit het maakproces van een kind vast te leggen. Maak foto’s van de eerste stap die hij/zij zet en fotografeer steeds wat ze erbij pakt. Dit is erg leuk om aan ouders te laten zien.

Een laatste tip is: kies niet te veel materialen tegelijk. Beperk je tot 5 materialen, 1 verbindingsmateriaal, scharen en eventueel een ondergrond. Dit laatste is niet eens altijd nodig.

Veel plezier!