Al in 2016 is besloten om de eisen in het Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie aan te scherpen. VVE-locaties in de 37 grootste gemeenten (G37) hebben eerder al afspraken gemaakt aan welke taaleisen pedagogisch medewerkers die met doelgroepkinderen werken moeten voldoen. Vanaf 1 augustus 2017 voldoen pm’ers in deze gemeenten, als het goed is, aan de taaleis op 3F-niveau voor zowel de mondelingen taalvaardigheid als het lezen. Pedagogisch medewerkers in de kleine gemeenten (G-overig) hebben tot 1 augustus 2019 om aan deze aanvullende taaleisen te voldoen.
VVE-scholing
Een andere wijziging in het besluit is dat beroepskrachten specifieke scholing op het gebied van voorschoolse educatie hebben gevolgd als onderdeel van de beroepsopleiding. Dit moet in de vorm van een keuzedeel worden aangeboden en uiteindelijk met een voldoende worden afgerond. Ook andere scholing die specifiek gericht is op het verwerven van kennis en vaardigheden met betrekking tot voorschoolse educatie volstaat. Op een groep van meer dan 8 kinderen mag met betrekking tot de kwalificatie-eisen maximaal één van de twee beroepskrachten onder de uitzonderingsregel vallen (geboren vóór 1955, 15 jaar werkzaam, scholing gevolgd).
Opleidingsplan
Verder moet de houder jaarlijks voor elke voorschoolse locatie een opleidingsplan maken waarin hij zegt hoe kennis en vaardigheden van de beroepskrachten worden onderhouden. Dit moet concreet en toetsbaar zijn en jaarlijks geëvalueerd worden. Deze eis lijkt erg op wat de Wet IKK voorschrijft voor het opleidingsplan aan reguliere kinderopvanglocaties.
Pedagogisch beleidsplan
In het besluit wordt uitgewerkt wat er in het pedagogisch beleidsplan (verplicht vanuit de wet Kinderopvang) opgenomen moet worden in het geval van een VVE-locatie. Het gaat hier om de visie op voorschoolse educatie en daar bij passende activiteiten, het stimuleren en volgen van de ontwikkeling van kinderen, het betrekken van ouders, het inrichten van een passende ruimte en de aansluiting met primair onderwijs.
Vluchtelingenkinderen
Los van de aanvullende eisen is er tijdens de bijeenkomsten ook aandacht voor het thema vluchteligenkinderen. De jeugdgezondheidszorg, peuterspeelzalen en kinderopvang kunnen een belangrijke rol spelen om het leven van zowel vluchtelingenkinderen als hun ouders weer op de rails te krijgen. In de dagelijkse praktijk blijkt dat echter behoorlijk pionieren. Sociaal Werk Nederland, Sardes, Pharos en het Nederlands Jeugdinstituut hebben daarom de handen ineengeslagen. Tijdens de bijeenkomst vertelt iemand van Sardes wat de do’s and don’ts zijn bij het betrekken en ondersteunen van vluchtelingenouders.
Bijeenkomsten
Sociaal Werk Nederland, Brancheorganisatie Kinderopvang en Branchevereniging Maatschappelijke Kinderopvang nodigen leidinggevenden uit om in speciale bijeenkomsten over de aanvullende eisen en de vluchtelingenkinderen te praten. Er zijn aparte bijeenkomsten voor de G37 en de kleinere gemeenten. Voor de G37 zijn er bijeenkomsten op dinsdag 2 en donderdag 28 november plaats (van 12-17.00 uur) en voor de kleinere gemeenten zijn er bijeenkomsten op 13,16,20,21 en 23 november op verschillende locaties.
Lees meer over de bijeenkomsten en meld u aan op de website van Sociaal Werk Nederland
Dank voor de tip, we gaan het herstellen!
Link website Sociaal Werk Nederland onderaan het artikel werkt niet 🙁