Verrassende pupillen! Leuke experimenten rondom kijken en zien:

– Experiment 1: zet een kind voor de spiegel. Het kind doet de handen voor de ogen en wacht vijf minuten. Zet een kookwekker. Dan mag het kind zijn handen weghalen en zichzelf aankijken in de spiegel. De pupillen vernauwen zich ineens snel. Leg uit dat het gaat om een ‘pupilreflex’; de iris heeft een kringspiertje dat de pupil groter en kleiner maakt, afhankelijk van het licht.
– Experiment 2: houd een loep tegen de spiegel en laat een kind erin kijken met één oog. Zorg dat het kind zijn vergrote oog ziet in de spiegel. Schijn dan met een zaklamp in het oog en kijk samen naar de pupil. De pupil trekt samen. Haal je het licht weg, dan wordt de pupil weer groter. Merk op dat het vernauwen sneller gaat dan het verwijden van de pupil. Het grappige is, dat als je met de zaklantaarn in het andere oog schijnt, ook de pupil van het oog achter de loep meedoet.
– Experiment 3: nog een leuke: maak een ruimte donker en zet in het midden van die ruimte een voor‑ werp, bijvoorbeeld een beeld op een tafeltje. Vervolgens doe je in een andere ruimte een felle lamp aan. Alle kinderen kijken in de lamp, maar houden één hand goed voor hun rechteroog. Houd dat vijf minuten vol. Loop dan snel met de groep naar de donkere ruimte, sluit de deur en laat de kinderen met één oog tegelijk naar het voorwerp kijken. Dan proberen ze het andere oog. Het rechteroog ziet nu veel beter, want deze pupil is wijd open.