Het effect van voor- en vroegschoolse educatie (VVE) is al jaren een onderwerp van discussie. In het buitenland is aangetoond dat er een langetermijneffect is van voorschoolse educatie, in Nederland zijn meerdere onderzoeken gaande naar het langetermijneffect. Pre-COOL is zo’n belangrijk onderzoek dat kijkt naar de maatschappelijke opbrengsten van investeringen in opvang en educatie in de voor- en vroegschoolse periode. Dekker baseert zijn positieve conclusie voor een deel op de uitkomsten van dit (langlopende) onderzoek.
Schoolprestaties
Het andere onderzoek dat Dekker aanhaalt, is het CPB-onderzoek naar de invloed van VVE op schoolrijpheid. De uitkomsten kwamen onlangs naar buiten: kinderen in de G37, waar flink is geïnvesteerd in VVE, blijven minder vaak zitten dan doelgroepkinderen buiten de G37. Dit onderzoek toonde een positief kortetermijneffect van VVE aan.
De Universiteit van Utrecht deed een meerjarig onderzoek naar VVE. Daar werden VVE-professionals intensief begeleid. Met succes. Deze investering leidde tot betere resultaten van de educatieve ondersteuning en kinderen gingen daardoor versneld vooruit op woordenschat en rekenen. Lees meer
Educatieve beleid
Pre-COOL toonde nog iets opvallends aan. Wanneer er meer doelgroepkinderen op een locatie zitten, is de uitvoering van het VVE-beleid beter en wordt er hogere kwaliteit geboden. Dat komt omdat een organisatie zich dan volop richt op de doelstellingen van het beleid en het belang van kinderen. Hoewel de algemene kwaliteit van VVE-instellingen prima is, moet de educatieve kwaliteit (interactie met kinderen) beter. Het Pre-COOL-onderzoek heeft in de resultaten in elk geval duidelijk aangetoond dat voorschoolse educatie loont. De achterstand in woordenschat neemt door VVE af. Dat geldt overigens niet voor rekenen.
Mbo’ers en hbo’ers
Dan is er nog een onderzoek waar staatssecretaris Dekker naar wijst: de pilot startgroepen. Deze groepen bieden 12,5 uur per week VVE onder de regie van de basisschool en met de inzet van zowel mbo’ers als hbo’ers. De pilot begon in 2011. Nu al is te zien dat doelgroeppeuters die op een startgroep hebben gezeten een sterkere ontwikkeling laten zien op taal, rekenen en selectieve aandacht dan doelgroeppeuters die naar een reguliere voorschoolse voorziening zijn geweest.
Kwaliteitsverbetering
De resultaten laten volgens Dekker duidelijk zien dat het ook in de Nederlandse context zinvol is om in te zetten op VVE voor kinderen met een risico op taalachterstand. Wel wil de staatssecretaris van Onderwijs de educatieve kwaliteit van voorscholen verbeteren. De maatregelen die hij neemt, komen grotendeels overeen met de kwaliteitsmaatregelen voor de kinderopvang die onlangs is gepresenteerd. Lees hier welke maatregelen Dekker voorstelt voor de voorschoolse educatie >>
Lees meer in de Kamerbrief die staatssecretaris Sander Dekker stuurde: