Het risico van kinderen die in de zomer weinig aan lezen toekomen, is dat ze na de vakantie niet meer het leesniveau hebben dat ze eerst hadden. Vooral de overgang van groep drie naar groep vier is groot. Leeszwakke kinderen kunnen dan ver terugzakken. Uit een peiling van Squla in 2012 bleek dat 94 procent van de leerkrachten in het basisonderwijs na de zomervakantie een terugval ziet bij kinderen. 34 procent van de ouders heeft geen notie van deze dip.
Sociaaleconomische achtergrond
Wat zorgelijk is, is dat de verschillen tussen kinderen groter wordt. Kinderen van ouders met een lager sociaaleconomische status ondervinden meer effect van de zomervakantie op hun leercurve. Een kind met veel faciliteiten thuis groeit in de zomervakantie, het andere kind zakt terug. Als je kinderen zes jaar op rij tijdens de zomer ziet zakken en al die gemiste stappen optelt, komen ze uit op een flinke achterstand.
Tas met leesmateriaal
Met een persoonlijke begeleiding van ouders en kinderen, hoopt Stichting Lezen deze leesdip te voorkomen. Daarom start deze zomer een pilot in Limburg dat bij succes in meerdere delen van het land wordt uitgerold. Een leesconsulent neemt al voor de zomer contact op met de leerkracht en ouders om de leesvoorkeuren en het leesniveau van een kind te peilen. In de vakantieperiode krijgt het kind een tas mee met inhoud op maat. Daarin zitten leesboeken, taalspelletjes, een leesbingo en beloningsmaterialen zoals stickers en leestips.
Samen lezen
Hoewel het plezier voorop staat, vraagt het zomertraject aardig wat inspanning van ouder en kind. De consulente komt af en toe langs voor samenleesmomenten. Ouders krijgen een checklist over of zij kinderen genoeg bieden aan leesmateriaal. Dat gaat ook om praktische zaken als ‘heeft mijn kind een leeslampje bij het bed?’. De bibliotheek in Limburg werkt aan het project mee en houdt de deuren geopend voor deze kinderen.
Leesniveau
Na de zomervakantie vullen kinderen dezelfde lijst in als aan het begin van het project. Daaruit moet duidelijk worden hoe hun leesattitude en leesinteresse zich ontwikkeld heeft. Leerkrachten kunnen het leesniveau van kinderen testen om te kijken of zij voor- of achteruit gegaan zijn.
Wil je ouders ook stimuleren om in de zomer te lezen met hun kinderen? Deel dan deze tips van Stichting Lezen:
- Geef als volwassene zelf het goede voorbeeld, lees dagelijks in de vakantie.
- Wil je dat een kind regelmatig een boek leest, praat dan veel over boeken. Geef bij gelegenheden een boek cadeau en bezoek de boekhandel en de bibliotheek.
- Ouders die het lezen bevorderen, maken de kans dat een kind een boekenliefhebber wordt, vijf keer zo groot als ouders die het lezen niet bevorderen.
- Wie vaak leest in de vrije tijd wordt een steeds vaardiger lezer en gaat als gevolg daarvan nog vaker lezen.
- Kinderen van ouders die veel lezen, voorlezen en een uitgebreide boekenkast hebben, lezen zelf meer, zijn leesvaardiger en behalen betere schoolresultaten.
- Voor startende lezers zijn meegroeiboeken handig. Dit zijn boeken die starten met AVI 1 en doorlopen tot M4: Kook jij of kook ik? M. Letterie (2011) Zwijsen. Vos en Haas S. v.d. Heede. (2011) Lannoo, ook als e-book verkrijgbaar.
- Om kinderen te laten praten over verhalen is het goed om ze uit te nodigen met “Vertel eens.” Zo vermijd je de ‘waarom vragen’. Alle antwoorden zijn goed, het gaat om de beleving van de lezer zelf.
Ruim 60 procent van de bibliotheken biedt het programma ‘Boekstart in de kinderopvang’ aan. Er wordt voornamelijk samengewerkt met kinderdagverblijven, maar ook met peuterspeelzalen en integrale kindcentra. Lees meer over dit onderzoek
Meer weten over het project Vakantielezen is leuk!? Klik hier >>
