Asscher wil kinderopvangcentra ’voldoende tijd geven om alle kwaliteitsverhogende maatregelen in te voeren en hun bedrijfsvoering daarop aan te passen’, schrijft hij in een brief aan de Tweede Kamer. De opvangcentra hoeven hierdoor nog niet vanaf 1 januari 2018 meer leidsters voor de baby-opvang te hebben. Vanaf 1 januari 2019 moet er wel één leidster per drie baby’s zijn. Nu zijn dat er nog vier.
Maximum uurprijs
De verhoging van de maximum uurprijs van de dagopvang wordt ook een jaar uitgesteld. Asscher wil in 2018 onderzoek laten doen naar de verwachte effecten op de kinderopvangorganisaties zodat er nog aanvullende (budgettaire) maatregelen genomen kunnen worden voor de nieuwe bkr voor babygroepen ingaat. Asscher heeft hiertoe besloten door de vele ongeruste geluiden uit de sector over de haalbaarheid en kosten van de nieuwe maatregelen.
Bso
De versoepeling van de beroepskrachtkindratio bij de buitenschoolse opvang (bso) van 1 op 10 naar 1 op 12 zal wel ingaan per 1 januari 2018. De maximum uurprijs voor de bso zal echter in twee stappen worden verlaagd: een eerste stap per 1 januari 2018 en een tweede stap per 1 januari 2019. Hierdoor krijgen ondernemers meer tijd en ruimte voor een geleidelijke verwerking van de aanpassingen in de samenstelling van hun groepen en daarmee samenhangende personeels- en bedrijfsbeleid, schrijft Asscher.
Andere eisen per 2018
Veel andere maatregelen om de kwaliteit van de kinderopvang te verhogen, gaan wel op 1 januari 2018 in. Er komt bijvoorbeeld meer aandacht voor de ontwikkeling van kinderen. Zo krijgen alle kinderen een mentor. Baby’s krijgen te maken met twee vaste gezichten in plaats van nu nog drie. Alle medewerkers in de kinderopvang en op de peuterspeelzalen moeten goed Nederlands kunnen spreken. Voor hen komen er taaleisen.