‘Waarom is er een Meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld?’, ‘Waar moet een Meldcode minimaal aan voldoen?’ en ‘Wat zijn de consequenties als een organisatie geen Meldcode heeft?’. Op deze en nog 25 andere vragen geeft het Rijk via de brochure ‘Veelgestelde vragen Meldcode kindermishandeling’ antwoord.
Vermoedens
Om de drie bovenstaande vragen alvast hier te beantwoorden, de Meldcode Kindermishandeling is ingevoerd omdat jaarlijks 117.000 kinderen slachtoffer zijn van kindermishandeling. Hoewel professionals een kind vaak zien, blijken zij kindermishandeling in de praktijk niet te herkennen, of ze weten niet wat ze moeten doen met signalen als ze wel zien dat er iets niet klopt. De Meldcode zorgt voor een duidelijk stappenplan. Uit onderzoek blijkt dat medewerkers die de Meldcode hebben ingevoerd, drie keer vaker ingrijpen dan medewerkers zonder een Meldcode.
Vijf stappen
De Meldcode bestaat uit minimaal vijf stappen:
- Breng de signalen in kaart
- Overleg met een collega wanneer je iets vermoedt of raadpleeg het Advies en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) of een andere deskundige.
- Ga in gesprek met het kind
- Maak een afweging: klopt mijn vermoeden? Bij twijfel altijd het AMK raadplegen.
- Beslis of je zelf hulp organiseert voor het kind of meld je vermoeden bij het AMK.
Ook is het noodzakelijk dat je aangeeft welke groep medewerkers voor welke stap verantwoordelijk is.
Inspectie en handhaving
De GGD inspecteert namens de gemeente of een kinderopvangorganisatie of gastouder daadwerkelijk de Meldcode kindermishandeling heeft ingevoerd. Als dat niet het geval is, kan worden overgegaan tot handhaving en evenuteel een boete. Gemeenten kunnen daarnaast ook nog een dwangsom opleggen.
Bekijk hier de brochure ‘Veelgestelde vragen Meldocde Kindermishandeling’