Dit beloofde minister Asscher tijdens het Algemeen Overleg over de kinderopvang in de Tweede Kamer. Asscher wil, net als de VNG, de verschillen tussen peuterspeelzalen en kinderopvang wegnemen en de kwaliteitseisen gelijk trekken. De VNG wil echter nog verder gaan dat dat: ze willen dat alle peuters ‘ontwikkelrecht’ krijgen, ongeacht of hun ouders werken of niet. Dat houdt in dat alle peuters van 2,5 tot 4 jaar minimaal twee dagdelen naar een peuteropvang gaan.
Kosten
Het eerdere voorstel van de VNG kon op weinig enthousiasme rekenen bij minister Asscher. De belangrijkste reden hiervoor waren de hoge kosten van het plan: 815 miljoen euro. ‘815 miljoen euro zonder dekking is een onhaalbaar voorstel in Den Haag’, zei een woordvoerder van minister Asscher. En dus kon het voorstel van de VNG in de prullenmand.
Stip op de horizon
VNG riep al snel voet bij stuk te houden, maar ook akkoord te gaan met een eerste stap om toe te werken naar de ‘stip op de horizon’. Te beginnen bij de peuters. Peuters met een indicatie hebben nu al recht op opvang in een VVE-groep om achterstanden te voorkomen. Hiervoor is met VVE-gelden voor gemeenten al geld vrijgemaakt. Maar in het plan van VNG krijgen alle peuters recht op opvang: peuters met een indicatie vier dagdelen en peuters zonder indicatie twee dagdelen.
Tussen wal en schip
Hiermee hopen de gemeenten dat geen enkel kind meer tussen wal en schip valt. Dat is met de peuterplannen van minister Asscher wel het geval. Kinderen van werkende ouders gaan met een kinderopvangtoeslag naar de kinderopvang, kinderen met een achterstand, kunnen naar VVE-groepen met gemeentelijk geld. Voor de peuters die niet bij één van deze groepen horen, bijvoorbeeld omdat een van hun ouders niet werkt én omdat ze geen taalachterstand hebben, is in de plannen van Asscher niks geregeld.
Meevallers
VNG heeft ook al bedacht hoe het ontwikkelrecht voor peuters gefinancierd moet worden. Volgens de VNG is dat geld er al. In totaal is er 638 miljoen euro nodig om het plan ten uitvoer te brengen. Het geld voor peuters met een indicatie voor VVE is er al. Dit aantal wordt geschat op ruim 45 duizend peuters. De opvang van de andere 233 duizend peuters wordt deels gedekt vanuit het kinderopvangtoeslagenbudget. Het overige geld wordt gehaald uit de meevallers op de kinderopvangbegroting in 2012 en 2013 en waarschijnlijk ook in 2014. In 2012 was er een meevaller van 148 miljoen euro, in 2013 van 388 miljoen euro en volgens de Rekenkamer stevent de overheid ook dit jaar af op een financiële meevaller.
Rendement
VNG noemt verder nog de besparingen die het ontwikkelrecht voor jonge peuters met zich meebrengen op de langere termijn. Dat wordt ook bepleit door de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) en de Sociaal Economische Raad (SER). ‘Het investeren in jonge kinderen geeft volgens beide raden veel rendement op de langere termijn en draagt bij aan een competente en breed inzetbare beroepsbevolking’, aldus VNG in haar plan. Ook voorkomt de opzet van VNG segregatie.
Verantwoordelijk
Geheel in lijn met de transitie stelt VNG voor dat de uitvoering van het ontwikkelrecht bij gemeenten komt te liggen. Vanaf 1 januari 2015 krijgen zij ook verantwoordelijkheid voor jeugdgezondheidszorg en de jeugdzorg. De VNG denkt dat de gemeenten hierdoor een beter beeld krijgen van peuters en eventuele problemen vroeg kan signaleren. Dat brengt op de langere termijn een kostenbesparing met zich mee. Verder hoopt de VNG met de gemeentelijke financiering een einde te maken aan ‘de grote fluctuaties in het rijksbudget’. Gemeenten zien nu dat de huidige rijksfinanciering voor kinderopvang onbedoeld leidt tot een uitruil met het budget voor werkloosheidsuitkeringen. VNG denkt dat met het opvangen van alle peuters er een einde kan komen aan de afkalvende markt van kinderopvang en peuterspeelzalen.
In gesprek
Minister van Sociale Zaken Lodewijk Asscher reageerde in eerste instantie niet direct onwelwillend op het voorstel van VNG. Hij zei tijdens het Algemeen Overleg met de VNG in gesprek te gaan. Wel heeft de minister in het verleden herhaaldelijk aangegeven dat de meevallers op de kinderopvangbegroting niet in de kinderopvang geïnvesteerd kunnen worden. Dat kan roet in het eten gooien voor de VNG omdat de financiering hier voor een groot deel van afhankelijk is. Minister Asscher beloofde de Kamerleden om hen nog voor het begrotingsoverleg van Sociale Zaken te informeren over de uitkomsten van het gesprek met de VNG.
