In 2020 moet 75 procent van de Europese bevolking actief zijn op de arbeidsmarkt. Dit hebben de lidstaten van de EU in 2002 afgesproken. Maar nu dreigt de EU dit percentage niet te gaan halen. De slechte toegankelijkheid van de kinderopvang in veel lidstaten wordt als een belangrijke oorzaak gezien.

Arbeidsparticipatie

‘De lidstaten moeten echt aan de slag als ze de afgesproken arbeidsparticipatiegraad van 75 procent willen halen. Kinderopvang moet niet als een kostenpost worden beschouwd, maar als een investering in de toekomst’ aldus vicevoorzitter Viviane Reding, commissaris voor Justitie, Grondrechten en Burgerschap. De EU roept lidstaten dan ook op om te investeren in toegankelijke kinderopvang.

Nederland

Hoewel deze boodschap niet direct aan het adres van Nederland gericht is, moet ons land wel uitkijken de positie die we nu hebben niet kwijt te raken. Naast Nederland voldoen
België, Denemarken, Spanje, Frankrijk,  Zweden, Slovenië en het Verenigd Koninkrijk aan beide doelstellingen. Maar Nederland levert vooral snel in als het gaat om de toegankelijkheid van kinderopvang voor kinderen vanaf drie jaar.

Veel kinderen, minder uren

Als het gaat om de toegankelijkheid behoort Nederland vooralsnog tot de beterpresterende landen van Europa. Alleen Denemarken ving in 2011

in de formele kinderopvang meer kinderen op onder de drie jaar  dan Nederland. In 2010 ving Nederland net zo veel kinderen onder de drie jaar op als Zweden. Een belangrijke kanttekening is wel dat als je uitgaat van het aantal uren in de opvang, Nederland een veel minder groot bereik heeft dan gemiddeld in Europa. In de bso is dit verschil nog groter. Ook hier heeft Nederland een groot bereik onder de kinderen, maar dan wel voor minder uren per week.

Pensioenkloof
Een andere studie van de EU wijst uit dat de pensioenkloof tussen mannen en vrouwen gemiddeld over alle lidstaten 39 procent bedraagt. De verschillen binnen de EU zijn groot. Luxemburg en Duitsland zijn uitschieters met een pensioenkloof van 47 en 44 procent. Ook in Nederland is de kloof iets boven het gemiddelde met 40 procent, al geldt dit vooral voor moeders met kinderen. Het pensioen van vrouwen zonder kinderen doet niet veel onder voor het pensioen van mannen.

Bekijk hier het persbericht van de EU en, helemaal onderaan het document de cijfers.