Yücel wil vooral graag van de minister weten hoe het kan dat er zulke verschillende conclusies worden getrokken op basis van arbeidsparticipatiecijfers van ouders met jonge kinderen. Het Centraal Bureau voor de Statistiek beweert op basis van haar analyse dat ouders met jonge kinderen tussen 2005 en 2013 niet minder zijn gaan werken. Dit ondanks de flinke bezuinigingen op de kinderopvangtoeslag. Advies- en onderzoeksbureau Buitenhek Management & Consult vindt dat het CBS wel heel selectief heeft geshopt in de beschikbare data. Want vergelijk je 2011 met 2013, dan laten de cijfers een heel ander beeld zien.
Arbeidsmarktinstrument
Welke conclusie trekt de minister na deze twee analyses, vraagt Yücel zich af. Want mocht er inderdaad een effect zijn op de arbeidsparticipatie van ouders, dan zijn er wellicht aanvullende maatregelen noodzakelijk. Yücel vindt dat de kinderopvang een belangrijk arbeidsmarktinstrument is, maar vindt dat er ook aandacht moet blijven voor de ontwikkelfunctie van de branche. Zij wil graag weten hoe minister Asscher hier tegenaan kijkt.
Informele opvang
Tot slot wil zij weten of het verbeteren van de kwaliteit van kinderopvang effect heeft op de keuze van ouders. Nu kiezen veel ouders nog voor informele opvang (opvang door grootouders, anderen familieleden of buren). Yücel wil weten of minister Asscher denkt dat een kwaliteitsverbetering van formele kinderopvang deze keuze kan beïnvloeden.
Het anders inrichten van de kinderopvangtoeslag leidt niet direct tot grote verschuivingen op de arbeidsmarkt. Dit ontdekte het Centraal Planbureau (CPB). Dat onderzocht in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken de effecten van alternatieve vormgevingen van de kinderopvangtoeslag. Lees meer >>